Er was eens... een musje ©
Door Ans van Grinsven
Er was een musje in Maassluis
Die voelde zich daar helemaal niet thuis.
Die hele brede Waterweg,
Vond hij een vreselijke pech
En die koude wind van zee,
Nee het zat hem echt niet mee.
Door de zeewind staan de bomen krom
Mijn nestje valt voortdurend om
Ik moet eens denken aan verhuizen
En een beter oord uitpluizen
Het is hier voor mijn botten helemaal niet goed
Ik heb het koud tot in mijn bloed.
Zomers zit ik met mijn winterjasje aan!
En dat is werkelijk niets gedaan.
Zo is hij alle dagen
Aan het piekeren geslagen.
op een morgen heel vroeg toen de dag begon,
Zat hij ergens op het randje van een balkon.
Door de open deur hoorde hij een gesprek,
Een dame sprak in haar eentje en dat vond hij zo gek!
Maar toen ontdekte hij heel gewoon,
Ze sprak door een telefoon.
Ze had het over Hengelo
Daar scheen iemand te wonen of zo…
Het musje kwam op HET idee dat ogenblik
Zijn hartje ging van rikketikketik.
HENGELO? Lag dat niet in het Oosten van het land???
Hij had toch een oudoom aan die kant.
Ik hoop niet dat hij dood is of hopeloos versleten
Want dan kan ik een logeerpartij wel vergeten!!!
Misschien heb ik daar onderdak
en bouw ik dáár een woninkje op mijn gemak
Ik hoop dat het klimaat me zal bevallen,
Dan kan ik daar mijn spulletjes stallen.
IJlings vloog hij op huis aan.
Pakte zijn rugzakje en is gegaan.
Het was wel heel wat uurtjes vliegen.
Het was zwaar daar kon hij niet om liegen.
Heel laat in de avond kwam hij aan.
En kon nog nauwelijks op zijn pootjes staan.
Oudoom bleek nog wel in leven
Maar was al naar bed om half zeven.
Hij begon dus luid te kwekken
Om zijn oudoom op te wekken.
Die werd wakker met veel schrik
En keek met o zo’n boze blik…
WIE maakt mij zomaar wakker???
Die is een boze stoute rakker!!!
Oudoom, zei het musje uit Maassluis.
Ik ben uw achterneefje Pluis
Daar keek oudoom toch wel van op…
zoende verheugd zijn achterneefje op zijn kop.
Ben jij echt Pluis van Willemien???
Tjee, wat heb ik die al lang niet meer gezien…
Kom binnen jong in mijn nest
Met je spullen en de rest
Ik heb altijd zitten dromen
Wanneer familie eens langs zou komen
Pluisje vertelde waarom hij was vertrokken
Omdat zijn leven was vol brokken
Omdat hij niet kon tegen de Maassluise kou
En al enige tijd verhuizen wou
Hij vertelde de geschiedenis heel uitgebreid
Oudoom luisterde aandachtig al de tijd.
Toen sprak oudoom: Waterwegen, zee en al dat spul
Dat is allemaal flauwekul!
Dat zoiets in Hengelo niet is
Dat is werkelijk geen gemis!
We hebben wel een zee, ja een zee van tijd
Maar die geeft geen kou en strijd.
Nou m’n jong, ik woon hier sinds de jaren tachtig
En de omgeving is hier prachtig.
Van zeewind heb je hier geen last,
ZO, dan weet je dat alvast.
Een beetje waaien doet het soms wel,
Maar dat went bijzonder snel
Hier geen koude botten in onze lijven,
Het beste kun je hier maar blijven.
Het zonnetje schijnt hier bijzonder veel
Dat is allemaal goed voor onze keel.
Want het behoort tot de nodige dingen
Dat we luidkeels kwebbelen en zingen
Het klimaat is hier heel goed,
En heel veel eten in overvloed.
Pluisjes hart klopte van geluk
Zijn vermoeide dag kon niet meer stuk
En dank zij die dame in Maassluis
Werd omgeving Hengelo zijn thuis.
Hij trouwde er en kreeg veertien kinderen,
Maar die drukte kon zijn geluk niet hinderen.
Oudoom is sinds kort gestorven
En zijn woning heeft hij in erfenis verworven.
Het is geworden tot familie vakantiehuis,
Want op vakantie in Maassluis???????????????
O neeeeeehe hij moest er niet aan denken
Al zouden ze het verblijf er gratis schenken……