Ik wil van een logeerpartij vertellen

Zondag hadden we een heuse gast

En daar hadden wel heel wat mee te stellen

We vonden hem een grote last

Er kwam een deftige muis

Van alle kanten mooi gekleurd

Kwam hier binnen met een hoop gedruis

We werden door hem afgekeurd

Hij vond ons gewoon niet sjiek genoeg

Dat had hij in de gaten

Zei dat ONZE pluis geen mooie kleren droeg

Pluis voelde zich erg opgelaten

Ja hijzelf was van behoorlijke komaf

Droeg een pak met mooie kleuren

We stonden werkelijk paf

Maar o o wat kon hij zeuren

Over deftigheid afkomst en goed fatsoen

Ons tuiten werkelijk de oren

wij moesten het er maar mee doen

met dit heerschap Hooggeboren

en waarom hij hier kwam?

Een baby’tje bracht Pruis mee

En die voelde zich thuis bij Pluis en ons twee beren.

Maar Pruis beslist niet NEE!

Hij ging naast de baby zitten

En keek uit de hoogte op ons neer

En zat aan een stuk door op ons te vitten

Dat deed voorwaar heel zeer

Wij wilde juist heel aardig zijn

Om vriendjes met hem te worden

Maar hij was een stuk chagrijn

Terwijl wij over zijn behandeling niet eens morden.

Maar gelukkig ging de logeerpartij voorbij

En hoepelde hij op naar huis

Wat voelde we ons blij

Hij gedraagt zich maar deftig in zijn eigen huis

Maar…de baby was heel lief

Het was echt een kleine dot

Dat schrijven we met nadruk in onze brief

Maar die Pruis was echt een zot