Hoofdstuk 17 Een vliegtochtje door Lindewiek ©
Door Ans van Grinsven
Ook wij in de Lindelaan zijn erg benieuwd hoe alles zal aflopen. Op een dag strijkt juffrouw Duif bij mij achter in de boomgaard neer in een van de perenbomen. Ze krijgt een punthoofd van alle vogels die voortdurend bij haar op bezoek komen. Hier heeft ze een beetje rust. Rust??? Knabbelaar zit te mopperen dat ze in ZIJN boomgaard zit. Maar ik ga naar buiten en vertel Knabbelaar dat van hem niets is want dat het MIJN boomgaard is en dat de juffrouw net zo lang in onze perenboom mag zitten als ze wil. Knabbelaar moppert verschrikkelijk.
"Ik stuur je terug naar boer Bartjes," dreig ik.
"Wie zorgt dan voor je gras Doortje?" vraagt Knabbelaar uit de hoogte.
"O, er zijn meer geiten in Lindewiek," zeg ik. "Ik koop gewoon een andere. En ik heet trouwens Ans!" Knabbelaar zwijgt verschrikt. Hij moet er niet aan denken dat hij hier weg moet. Terug naar boer Bartjes. Met die vreselijke haan op het erf.
Heel ons stadje is in rep en roer. Iedereen is benieuwd hoe alles af zal lopen.
Ondertussen heeft de nieuwe duif besloten hier voorgoed te blijven. Het wordt tijd dat hij een huisje gaat bouwen in het park. Hij moet toch onderdak hebben niet waar? De andere vogels helpen ijverig en slepen takken en strootjes naar een van de beukenbomen. Beneden staan de eenden en zwanen uit de vijver te kijken of alles wel goed gebeurd. Die dag komt het huisje klaar en tevreden trekt Barend erin. Zo eindelijk een eigen huis in plaats van die duiventil te moeten delen met een heleboel andere duiven.
Zo gaan er nog een paar dagen voorbij.
Juffrouw Duif is nergens te vinden. Alleen wij in de Lindelaan op nummer 25 weten waar ze is.
Maar op een dag gaat Barend het stadje bekijken. Hij vliegt over alle straten. Overal beginnen kinderen naar hem te zwaaien. Hij geniet van alle aandacht. En zo komt hij in de Lindelaan en strijkt neer op het weitje voor ons huis. Michel is met zijn skelter op straat aan het rond toeren. Als hij Barend ziet gaat hij vrolijk naar hem toe.
"Hallo meneer Duif," zegt hij. "Ik vind het heel leuk dat nog een duif bij ons is komen wonen. Wij hebben altijd alleen juffrouw Duif maar gehad." Barend knikt blij. "Maar Juffrouw Duif is verdwenen," zegt Barend. "Niemand kan haar vinden." "Nietes," zegt Michel, "ze zit bij onze buurvrouw achter het huis in de perenboom."
"Is het heus?" vraagt Barend nieuwsgierig. Michel knikt. "Als je over de huizen vliegt naar de achterkant, dan zie je haar zo."
Dat wil Barend wel. Hij vliegt er meteen op af en ja hoor daar zit juffrouw Duif op de bovenste tak van de grootste perenboom. Zo leren ze elkaar kennen.
Onder de perenbomen loopt Knabbelaar te mopperen: "Nog een duif. Straks hebben we hier een hele dierentuin." Maar de duiven trekken zich er niks van aan. Barend vindt Juffrouw Duif zo aardig. Nog nooit heeft hij zo'n lieve duif gezien. Hij wordt meteen een beetje verliefd op haar. Juffrouw Duif is erg verlegen. Maar diep in haar hart moet ze bekennen dat ze bijzonder blij is dat Barend in Lindewiek is gekomen. En zo gaat juffrouw Duif met Barend terug naar het park. Iedereen houdt de adem in en wat het hele stadje hoopt: op een goede dag kondigt Barend aan dat hij met juffrouw Duif gaat trouwen.