Hoofdstuk 16 De brief uit Spanje ©
Door Ans van Grinsven
In het huis van Tante Miep woonde nog een klein diertje. Zelfs tante Miep wist niet eens dat er nog iemand in haar eigen huis woonde. Joris een lieveheersbeestje woonde bovenin achter het gordijn in de huiskamer. Het leek hem hier een vrolijke boel en besloot hier een tijdje te blijven. Hij had al zoveel rondgereisd en dacht bij zichzelf: ik word een beetje ouder en het wordt tijd om op een vast adresje heb. Bovendien wordt het straks winter en ik heb zo’n koude botjes. Dan zal hier vast de boel goed warm worden gestookt. Bovenin achter het overgordijn tussen de plooitjes had hij zich een klein gezellig huisje gemaakt. Niemand zou hem vinden en hij was er heel tevreden mee. Zo kon hij ook allemaal zien wat er gebeurde. Hij genoot van de gesprekjes tussen de knuffeldieren en Tante Miep. Maar ik weet niet of die tante Miep het wel leuk vind dat ik hier ook woon. Dus hou ik me maar heel stil, dan kan ik ook niet weggejaagd worden.
Maar op een dag kwam er post! Nu is dat niets bijzonders want er kwam wel vaker post. Maar dit keer was er een brief die van heel ver kwam. Tante Miep kwam er opgewekt mee naar binnen en vertelde haar huisgenootjes dat die brief van haar vriendin Lili uit Spanje kwam. Zij was er tien jaren geleden naar toe verhuist omdat het daar zo lekker warm was. Ze las de brief aan hen voor. Joris spitste zijn oren en luisterde naar de belevenissen uit Spanje en over het altijd warme weer. Altijd warm? Toen tante Miep de brief uit had, borg ze deze op in de la. Ze zou zo gauw mogelijk naar haar vriendin terugschrijven. Warm weer! Dat was wat Joris onthouden had. Dat was nog veel beter dan de centrale verwarming bij Tante Miep. Joris kon nergens anders meer aan denken. Spanje. Warm weer. Hij moest uit zien te vinden waar die vriendin woonde. Er zou vast een adres in die brief staan. Maar die brief ligt in de la en hoe kom ik daar bij? Dat adres had hij nodig als hij naar Spanje wilde,dat stond vast. Daar stonden natuurlijk altijd de ramen open want ik moet natuurlijk wel ergens wonen. Ik moest weten waar die vriendin in Spanje woont. Hij besloot Tante Miep goed in de gaten te houden wanneer ze eens de la liet openstaan. Maar dat gebeurde niet.
Toen…op een druilerige regendag waren de knuffeldieren uitgenodigd bij Eeckie Horn die jarig was. Tante Miep was daarom alleen thuis. Eindelijk eens tijd om haar vriendin terug te schrijven. Ze zette een potje thee en deed gezellig de schemerlampjes aan omdat het buiten nogal donker regenweer was. Toen haalde ze de brief uit de la. Met haar schrijfmap zette ze zich aan tafel. Ze las de brief opnieuw en legde deze toen naast zich neer. Dit was het moment waarop Joris had zitten wachten. Hij kwam uit zijn huisje en keek om het hoekje van de plooitjes van het gordijn. Zijn hartje ging tekeer van rikketikketik. Wat moest hij doen? Hij dacht na. Als ik op de tafel vlieg ontdekt Tante Miep me dat ik in haar huis woon. Maar als ik naar Spanje wil moet ik toch het adres weten. Moedig zette hij zijn vleugeltjes uit en daar ging hij. Met een plofje belandde hij op tafel. Tante Miep had niet in de gaten want ze zat ijverig te schrijven. Joris zat bij de Spaanse brief. Hij besloot er maar overheen te lopen. Hij bekeek alle woordjes om te zien of het een adres was. Hij was zo druk in de weer dat hij niet in de gaten had dat Tante Miep opeens een Lieveheersbeestje zag met zeven stippen. Hij liep kris kras over de brief heen. Ze hield op met schrijven en bekeek wat dat kleine diertje aan het doen was. Daar trippelde hij voor de zoveelste keer over de brief. Soms hield hij even stil om de woordjes te bekijken en liep dan weer verder. Het leek wel of hij iets liep te zoeken. Opeens hoorde Joris een stem boven zich. “Zo kleine man wat ben je eigenlijk van plan?” Joris keek geschrokken omhoog en zag tante Miep die hem aandachtig over haar bril heen bekeek.
“Ik zoek het adres in de brief,” zei hij dapper.
Tante Miep was verbluft. “Waarom? En waar kom je vandaan en hoe heet je?”Nu moest Joris vertellen dat hij al een tijdje in haar huis woonde en van de brief wist die tante Miep aan haar huisgenootjes had voorgelezen. En dat hij alles wist hier in huis. Hij vertelde hoe hij heette.
“Woon je hier zonder mij te vragen of ik dit wel goed vond? En waar woon je dan?” Joris wees met een pootje naar boven in het gordijn. Hij sloeg berouwvol zijn oogjes neer en staarde naar zijn pootjes.
“Mmmm,”zei tante Miep. “En wat moet je nu met deze brief?”
“Ik wil naar Spanje en zocht het adres,” zei het kleine diertje.
“Naar Spanje? Wat wil je daar? Je bent toch een Nederlands lieveheersbeestje."
“wonen!” zei Joris.
“waarom?”
“Toen je de brief voorlas, hoorde ik dat het daar veel warmer was. En hier word het straks weer winter en ik kan niet zo goed tegen de kou.” Hij bibberde als hij er aan dacht.
“Hoe wou je daar komen?” vroeg tante Miep nieuwsgierig.
“Nou gewoon vliegen.”
“Vliegen, dat hele eind?”
Joris knikte.
“Lieve help,dat gaat niet! Je vleugeltjes zullen versleten zijn als je daar aan komt.”
“Is het zo ver?” vroeg Joris verschrikt.
“heel erg ver, en bovendien veel te gevaarlijk voor zo’n klein diertje.”
“O,” zei Joris en dacht even na. “Misschien kan ik dan in de brief mee die je aan het schrijven bent.”
“In de brief?”
“Ja, je stopt mij er gewoon bij in, dan kom ik vanzelf wel over.”
“Dat gaat niet,”zei tante Miep verschrikt, “tussen al die brieven en postpakketjes in het vliegtuig zul je doorgedrukt worden.”
“Met het vliegtuig? Dat is ook een goed idee. Als de brief met het vliegtuig meegaat dan kan ik ook zo mee.”
“Ik denk niet dat de piloot het goed vind dat je met zijn vliegtuig gratis meereist.
“maar dat hoef ik hem toch niet te vertellen?Als er een raampje openstaat, vlieg ik zo naar binnen. Dat heb ik hier ook zo gedaan.”
Tante Miep zag wel in dat dit eigenwijze lieveheersbeestje niet van zijn plan was af te brengen. Nu kon ze haar aandacht niet meer bij het schrijven houden. Ze borg de brief maar op. Joris protesteerde want hij moest het adres van die vriendin weten. Maar tante Miep trok zich er niets van aan. Ze wilde niet dat Joris naar Spanje ging. Ze moest er iets op zien te vinden om hem tegen te houden. Dat zou nog niet meevallen begreep ze. Misschien weet Brombie er wat op als hij thuiskomt. Joris was intussen teleurgesteld naar zijn huisje gegaan en ging diep nadenken hoe hij alles moest aanpakken.